Het bekostigde onderwijs [1] is de dominante leverancier van nieuwe aanwas van vakmensen en professionals voor de water-/maritieme sector. In dit hoofdstuk kijken we naar ontwikkelingen omtrent instroom en gediplomeerden voor bekostigd water-/maritiem onderwijs.


[1] Met bekostigde onderwijs doelen we op instellingen/opleidingen die worden gefinancierd vanuit de Rijksoverheid. Particulier onderwijs (NTI, LOI, etc.) valt hier niet onder.

Voor de totstandkoming van de instroomcijfers in het mbo is meegenomen:

  • Zowel MBO-BOL als -BBL instroom;
  • Historische kwalificaties die niet meer bestaan, maar binnen de tijdspanne 2009-2022 wel water/maritiem relevante instroom leverden;
  • Zowel de directe (instroom vanuit een vmbo-diploma) als indirecte instroom (bijvoorbeeld vanuit een tussenjaar);
  • Doorstroom vanuit lagere mbo-niveaus is niet meegenomen, aangezien dit aanzienlijke dubbeltellingen zou opleveren.

Voor instroom in het hoger onderwijs (hbo + wo) zijn de volgende keuzes gemaakt:

  • Historische opleidingen die niet meer bestaan, maar tussen 2009-2022 wel water/maritiem relevante instroom leverden zijn meegenomen.
  • Er is een onderscheid gemaakt tussen Hbo (inclusief hbo-master), Wo-bachelor en Wo-master instroom via een filter op het Verblijfsjaar in type Hoger onderwijs (bachelor, master, oude doctoraal opleidingen) binnen Soort hoger onderwijs (hbo en wo). Alleen studenten die nieuw zijn in een type hoger onderwijs, binnen soort hoger onderwijs worden dus meegenomen. Dit betekent dus dat studenten niet dubbel worden geteld als ze van de ene bachelor naar de andere bachelor doorstromen, maar wel twee keer apart worden meegenomen als ze na hun wo-bachelor doorstromen naar een wo-master opleiding.